‘Tekort aan opleiders vraagt om nieuwe leervormen’

9 januari 2023 – Het tekort aan praktijkopleiders bij de GGD is een flink probleem, zegt Saskia van de Merwe, arts M+G en hoofdopleider bij GGD Rotterdam-Rijnmond. Om dit aan te pakken, pleit ze voor nieuwe leervormen en laat ze studenten vroeg kennismaken met de GGD. ‘Geef mensen de ruimte om te ontdekken en te groeien.’

Meer dan twintig jaar werkt Saskia nu bij GGD Rotterdam-Rijnmond. Als coördinator van de opleidingsinstelling ziet ze de tekorten aan artsen M+G en praktijkopleiders. Zo zijn er bij ‘haar’ GGD door vergrijzing en overstappen naar een andere GGD van de tien artsen M+G nu nog zes over. ‘Een oplossing voor morgen is er niet, maar er is vaak meer mogelijk dan je denkt.’

Werkplekleren

Neem werkplekleren. ‘Dat is een leermethode waarbij de aios beter ingezet wordt en de belasting niet bij één opleider ligt. De aios hoeft niet eerst álle kennis die beschikbaar is tot zich te nemen, maar laat de werkende situatie leidend zijn. Aan werkplekleren werken collega’s van alle disciplines mee. Zo kunnen we een aois telkens weer koppelen aan die collega die veel afweet over dat onderwerp. De opleider zelf houdt het overzicht en blijft eindverantwoordelijk.’

Lunchreferaat

Ook is Saskia positief over zogenaamde lunchreferaten, inmiddels vast onderdeel binnen de opleidingsinstelling GGD Rotterdam-Rijnmond. ‘Dat doen we negen of tien keer per jaar. Om beurten staat een aios of opleider voor onze groep en houdt een presentatie over een boeiende case of opvallend onderzoek. Daarover gaan we met elkaar in gesprek. Heel interessant om de verschillen én overeenkomsten met elkaar uit te wisselen.’ Het is ook een uitgelezen moment om de aios in contact te brengen met het opleidersvak. ‘De aois zijn immers onze nieuwe lichting opleiders.’

Buddysysteem

Saskia is groot voorstander van het buddy-systeem, waarmee ze bij GGD Rotterdam-Rijnmond nu aan het experimenteren zijn. ‘Niet de opleider maar een ervaren aois is het directe aanspreekpunt; de oudste aios neemt de nieuwste onder zijn hoede. De opleider blijft als coach en supervisor betrokken, maar wordt in het dagelijkse werk ontlast in zijn vaak overvolle takenpakket.’ Dit systeem, de trainee traint de trainee, wordt in ziekenhuizen ook al volop ingezet, legt Saskia uit. ‘En daar werkt het heel goed. Wel is het daar makkelijker uitvoerbaar dan bij de gemiddelde GGD, omdat het om grotere aantallen gaat. Maar het is de moeite waard om te kijken wat het ons en hopelijk ook andere opleidingsinstellingen kan brengen.’

Geneeskundestudenten

Een aanrader voor alle opleidingsinstellingen: zorg dat je een rol speelt bij de studie geneeskunde. ‘Blijf aanschuiven bij thema-avonden met partners als universiteiten, regioziekenhuizen, huisartsen, bedrijfsartsen en UWV, óók ongevraagd. Laat horen wat je als aanbieder van coschappen belangrijk vindt en wat de maatschappelijke waarde is van sociale geneeskunde. Zelf ben ik ook universitair docent. Vanuit die rol laat ik geneeskundestudenten aan de hand van praktijkopdrachten ervaren hoe werken bij de GGD eruitziet. Dat werkt goed; studenten reageren enthousiast en melden zich regelmatig bij mij voor een coschap.’

Ruimte geven

Wat Saskia andere opleiders en opleidingsinstellingen mee wil geven? ‘Mijn persoonlijke en professionele uitgangspunt bij het opleiden van studenten en aios is: wij willen je wat leren, jij mag het vormgeven. En zo werken we ook als opleidingsinstelling. Geef mensen de ruimte, dat biedt kansen om te ontdekken en te groeien. En ondertussen staan we natuurlijk altijd klaar met kennis, begeleiding en steun. Ik ben ervan overtuigd dat je op deze manier het beste in studenten en artsen naar boven haalt.’


Meer good practice verhalen van opleidingsinstellingen?

 

2023-02-16T10:43:05+00:00